Nederlandse overheid moet mogelijk stoppen met Facebook na advies van AP

0
1

De Nederlandse Rijksoverheid moet mogelijk stoppen met het gebruik van Facebook voor communicatie. De overheid had een privacyonderzoek laten uitvoeren waaruit verschillende hoge risico’s naar voren kwamen. De overheid wil dat Meta die oplost, maar het bedrijf weigert dat.

Demissionair staatssecretaris Alexandra van Huffelen van Digitalisering schrijft dat in een brief aan de Tweede Kamer. Ze had de Autoriteit Persoonsgegevens een data protection impact assessment laten uitvoeren naar het gebruik van Facebook Pages bij de Nederlandse Rijksoverheid. De AP concludeert daarin dat overheidsorganisaties ‘Facebook maar beter niet kunnen gebruiken als onduidelijk is wat er met de persoonsgegevens van bezoekers van hun Facebookpagina gebeurt’. In het onderzoek vond de Autoriteit Persoonsgegevens zeven ‘hoge privacyrisico’s’ bij het gebruik van Pages. Zo is Facebook onvoldoende transparant over welke gegevens het verzamelt en welke berichten het laat zien, en er is een ‘verlies van controle door de onrechtmatige verwerking’.

Bovendien gebruikt Facebook ‘volgcookies op een misleidende manier’ en verzamelt het platform gegevens van burgers die daar zelf geen toestemming voor hebben gegeven. “Ook worden gegevens over het gedrag van de paginabezoekers verzameld zonder dat voldoende inzage wordt gegeven in de logica van het gebruik van die gegevens om gepersonaliseerde berichten, aanbevolen andere content en advertenties te tonen. Tot slot zijn er zorgen over de doorgifte van persoonsgegevens aan derde landen en derde partijen”, schrijft Van Huffelen.

Naar aanleiding van dat onderzoek is de overheid in 2023 in gesprek gegaan met Meta. Het ministerie hoopte toen dat het afspraken kon maken met Meta om verschillende van die risico’s te mitigeren. Dat is niet ondenkbaar; in het verleden wist de overheid ook af te dwingen dat bijvoorbeeld Google ChromeOS voor heel Europa aanpaste toen bleek dat het niet voldeed aan de privacyeisen voor het onderwijs.

Dat wilde Meta niet. “Uit de gesprekken is gebleken dat Meta niet bereid is Facebook Pages en de verwerking van persoonsgegevens in dat kader zodanig aan te passen dat de persoonsgegevens die in verband met de BZK Pages worden verwerkt, enkel zullen worden verwerkt ten behoeve van BZK, dus als verwerker”, schrijft Van Huffelen. Ook wil Meta geen ‘gezamenlijke verwerkingsverantwoordelijkheid’ erkennen. Het bedrijf vindt dat de overheid zelf verwerkingsverantwoordelijke is.

Van Huffelen heeft de resultaten van dat gesprek weer met de Autoriteit Persoonsgegevens besproken. Volgens de privacytoezichthouder betekent dit dat de Nederlandse overheid in dat geval het beste kan stoppen met het gebruik van Facebook-pagina’s. “Overheidsorganisaties zouden zulke platforms niet moeten inzetten als communicatiekanaal als zij concluderen dat zij niet zeker weten wat er met de gegevens van mensen gebeurt. Het moet kraakhelder zijn wat er met je gegevens gebeurt. Dat is de norm”, zegt AP-voorzitter Aleid Wolfsen.

Demissionair staatssecretaris Van Huffelen gaat nu nog een keer met Meta in gesprek. Daarbij neemt ze de nieuwe zorgen van de AP mee. “Ik wil zo snel mogelijk, uiterlijk voor het zomerreces, duidelijkheid van Meta hoe ze tegemoetkomen aan onze zorgen. Anders zijn we genoodzaakt, in lijn met het advies van de AP, te stoppen met onze activiteiten op Facebook Pages”, schrijft ze.