“Uitvinder eerste gameconsole is overleden”

0
415

Ralph H. Baer, de uitvinder van de allereerste gameconsole, is zaterdag op 92-jarige leeftijd overleden. De door Baer ontwikkelde ‘Brown Box’ verscheen begin jaren zeventig op de markt als de Magnavox Odyssey.

Baer kreeg het idee om de steeds goedkoper wordende tv’s in te zetten voor spelletjes in 1966, toen hij als technicus werkzaam was bij een Amerikaans elektronicabedrijf voor defensie. Hij wist zijn baas van zijn idee te overtuigen en met een budget van een paar duizend dollar enkele prototypes te ontwikkelen. Die resulteerden uiteindelijk in de ‘Brown Box’, zo genoemd vanwege de gebruikte bruine tape die de indruk van hout moest geven.

De uitvinder en zijn bedrijf verkregen ook een breed patent op een systeem dat ‘in combinatie met een tv in staat was om punten op een scherm te produceren en te beheren’. Het bedrijf Magnavox nam een licentie op het systeem en in 1972 verscheen de spelcomputer op de markt als de Magnavox Odyssey. Er werden er in dat jaar 100.000 van verkocht en in totaal gingen er 350.000 over de toonbank.

De Odyssey bestond uit 40 transistors en 40 diodes en draaide geen software. De spellen stonden op zogenoemde ‘gamecards’: in feite losse pcb’s die in een sleuf pasten die gelijkenis vertoonde met een rom-kaartslot. Bij elk spel hoorde gekleurde plastic platen die voor de tv gehangen moesten worden om kleur toe te voegen. Magnavox leverde standaard twee controllers mee en ook verscheen er een light gun. Deze accessoire was een groot geweer die onder de naam Shooting Gallery uitkwam die reageerde op licht van de tv.

Er verschenen diverse opvolgers van de Odyssey en in Europa verscheen het origineel als de Odyssey 2001, nadat Philips Magnavox in 1974 overnam. Ondertussen was Atari al met het populaire Pong op de markt gekomen. Baer en zijn bedrijf klaagden daarop Atari aan voor patentinbreuk en Pong zou teveel lijken op een tennisspel voor de Odyssey. Nintendo probeerde in de jaren tachtig nog te beargumenteren dat de patenten van de uitvinder ongeldig waren omdat al in 1958 een tennis-achtig spel was ontwikkeld, Tennis for Two. De rechter stelde het Japanse gamebedrijf in het ongelijk aangezien dat spel niet als videogame te beschouwen was omdat er geen videosignaal aan te pas kwam maar met een oscilloscoop gespeeld werd. Met alle gewonnen patentzaken werd volgens Baer in totaal meer dan 100 miljoen dollar binnengehaald.

De Odyssey was niet het enige wapenfeit van de technicus: hij was aan het eind van de jaren zeventig nog verantwoordelijk voor het spel Simon en opvolger Super Simon. Dit waren ronde elektronische apparaten met vier gekleurde vlakken die konden oplichten. De speler moest hierbij het patroon van oplichten herhalen door op de vlakken te drukken.