De helft van alle mensen die verdacht worden van cybercriminaliteit in Nederland, is 25 jaar of jonger. Dat blijkt uit het rapport Cybercrimebeeld Nederland 2024 van het Openbaar Ministerie en de politie.
Jongeren komen vaak via online games in aanraking met cybercrime, schrijft het OM in het rapport. “Binnen die games verkennen jongeren de grenzen van wat mogelijk is, waardoor ze belanden op hackfora met cheats. Op deze fora komen zij bijvoorbeeld ook informatie tegen hoe zij met ddos een tegenstander kunnen uitschakelen”, staat er te lezen. Ook jongeren zonder technische achtergrond kunnen op deze manier aan cybercrime doen.
Ook raken cybermisdaden meer vermengd met criminaliteit in de echte wereld. Volgens het rapport worden er steeds vaker wapens, munitie en explosieven gevonden, ook bij jonge verdachten. Traditionele criminelen zijn aan de andere kant ook steeds vaker online actief.
In 2023 werden in totaal 2,3 miljoen Nederlanders slachtoffer van cybercriminaliteit, aldus het OM. Dat zou neerkomen op 16 procent van de bevolking, waarbij het OM vermoedelijk alleen personen van achttien jaar en ouder meetelt. In 2022 waren er nog 2,2 miljoen slachtoffers. Slechts een zesde van de slachtoffers doet daarvan aangifte, blijkt uit het rapport.