“Man bedient twee armprothesen met zijn gedachten”

0
394

Amerikaanse onderzoekers hebben naar eigen zeggen voor het eerst twee met gedachten bestuurbare armprothesen succesvol bij een man getest. De armen van de man zijn veertig jaar geleden geamputeerd, maar door de innovatie kan hij weer verschillende bewegingen maken.

De man was veertig jaar geleden betrokken bij een ongeluk, waarbij hij allebei zijn armen verloor. Door de ontwikkeling van het Applied Physics Laboratory van de Johns Hopkins University kan hij met kunstarmen echter weer bepaalde bewegingen maken. Hij kan de armprothesen met zijn gedachten besturen. Er worden prikkels naar de overgebleven zenuwen in zijn schouders verstuurd, waarna de robotarmen in beweging komen.

De Amerikaan moest eerst een operatie ondergaan. Het ging daarbij om targeted muscle reinnervation: dit is een relatief nieuwe methode waarbij aanpassingen aan oorspronkelijke zenuwen, die ooit verantwoordelijk voor het aansturen van de arm en hand waren, worden gemaakt. Het is volgens de onderzoekers daardoor mogelijk om de protheses te bedienen door te denken aan de handeling die moet worden uitgevoerd.

Nadat de methode was getest, werd de man in een speciaal ontworpen harnas dat de prothesen ondersteunde gehesen. Zodra alles op elkaar afgestemd was, werd de innovatie in de praktijk getest. De man verplaatste bij die test een object van een lagere plank naar een hogere plank. De kunstarm moest acht verschillende bewegingen maken om die handeling te doen. Daarvoor waren tien trainingsdagen nodig en dat was volgens de onderzoekers ver beneden verwachting.

De armprothesen zijn nog niet te vergelijken met menselijke armen. In het huidige ontwerp kunnen de schouders, ellebogen, polsen en handen weliswaar worden bewogen, maar dat kan niet tegelijkertijd. De onderzoekers zeggen dat de persoon moet selecteren welke beweging hij wil maken. De man moet tussen de verschillende handelingen een korte rustpauze nemen. Om een object te pakken, moeten alle elementen dus eerst in de juiste positie worden geplaatst.

De onderzoekers denken dat er nog veel ruimte voor doorontwikkeling is en dan ook aan het begin van het traject te staan. Het volgende doel van het project is om te kijken hoe de innovatie functioneert in het dagelijks leven.